Inleiding

Het is bijkans overbodig om u te schetsen, wat Nederland voor de Gordel van Smaragd heeft betekend. Vooral hier in het goede Den Bosch, dat met vele banden aan het voormalige Nederlands Indië verbonden was, door het uitzwermen zijner jongeren in de tijd na de oorlog.

En nog immer door zijn Missie-Congregaties, welke vroeger en nu - Goddank nog steeds - kunnen voortgaan hun zegenrijk werk in de Oost te verrichten.

Het werk dezer Congregaties laat zich niet afmeten en afwegen in cijfers en in statistieken. Het werk van de “Nederlanders” in Bestuur, Handel en zeer speciaal in de Cultures zal ik trachten in een klein facet hiervan, te belichten.

Met name door u te schetsen op welke wijze het de Nederlanders gelukt is een bloeiende cultuur te scheppen uit het “niet” en deze als een gaaf geheel over te dragen aan hen, die momenteel op deze eilanden de macht bezitten.

Vele jaren geleden stond ik op een der zuidelijkste punten van Java ca. 300 meter boven de zeespiegel, naast een Indonesiër. Wij waren beiden in gedachten verzonken, wellicht beiden getroffen door het wondere schouwspel van de Stille Oceaan, welke daar – ongebroken – in grote golven aan komt rollen van de Zuidpool en pas breekt op de steile rotsen van Java’s Zuidkust.

De Zandbaai, een juweel in puur blauw en purper lag voor ons. Hij begon toen een oude legende te verhalen, die een voorspelling inhield…. “Eens zal er een tijd komen, dat de zee over de rotsen zal stijgen, het land zal overspoelen en allen zal wegvagen, die van buiten gekomen zijn, met alles wat zij daar gebracht hebben.

Dan zal er een tijd van geluk aanbreken”…. Wij zullen hopen dat deze Indonesiër niet de brave zusters van J.M.J. Bedoelde.